Ik zei dat ik nog nooit uit het kookboek Veg! had gekookt, al staat het al meer dan een jaar in mijn boekenkast. Maar iedereen was er zo lyrisch over dat ik er toch maar weer eens doorheen bladerde om er iets uit te pikken om te maken. Het de werd de Dhal van bladzijde 238: een eenvoudige dhal van rode linzen die bij veel groentegerechten of iets eenvoudigs als roergebakken groente en een schep rijst past. Linzen zijn supergezond, vooral wanneer je vegetarisch eet, dan krijg je meteen je proteïne fix. Maar ik eet het eigenlijk veel te weinig, volgens mij gaat daar verandering in komen door deze dhal, dit ga ik zeker nog veel vaker maken. Alleen deze week at ik het al drie keer. Want het is ook zo makkelijk en budgetvriendelijk, het meeste van het ingredientenlijstje heb ik vaak wel in huis. Zaterdag hoefde ik alleen even naar de winkel voor een komkommer en ik kon beginnen met koken.

De eerste keer dat ik het maakte, deed ik het netjes volgens het recept. Maar ik vond het eindresultaat nog niet perfect, waarschijnlijk had ik iets aan de verhouding verprutst. Zaterdag maakte ik het weer, maar dan net een beetje anders, en met spinazie erbij. Want i LOVE spinazie! Ik serveerde er basmatirijst en wat plakjes komkommer bij. Ook deed ik er een kommetje biologische yoghurt bij (met wat zeezout en knoflookpoeder er doorheen geroerd), maar dat kwam meer door mijn guilty pleasure om bij alle kruidige of pittige gerechten een flinke schep yoghurt op te gooien. Dat vind ik zó lekker. Zo lekker dat ik het gisteren ook nog weer een keer at, alleen toen met een quinoasalade en losse wraps.

Ingrediënten voor 2 personen:

150 gram rode linzen
1 teentje knoflook
1/4 theelepel kurkuma
1/2 theelepel zeezout
2 eetlepels plantaardige olie
1/2 theelepel komijnzaad
1 ui, gesneden in halve ringen
2 – 3 handjes verse spinazie (ong. 100 gram)
200 gram basmati rijst
1/2 komkommer
Peper en zout
Optioneel: biologische yoghurt om erbij te serveren

Bereiding:

1. Doe de linzen in een pan met 400 ml. koud water en breng aan de kook. Roer er de kurkuma, het knoflookteentje en zout door. Laat ongeveer 15 minuten koken zonder deksel op een laag vuurtje, terwijl je het soms stevig doorroert tot de linzen gebroken zijn en het een puree wordt.

2. Kook de rijst in ruim water met een beetje zout voor zo’n 10 minuten en giet daarna af in een vergiet en laat nog even in de pan (niet op het vuur) staan.

3. Als de linzen bijna klaar zijn, in een andere pan wat olie verhitten en op middelhoog vuur de komijnzaadjes aanbakken. Na een paar minuten de gesneden ui toevoegen en 5-10 minuten bakken tot ze bruin zijn.

4. Roer ondertussen de spinazie door de linzenpuree. Voeg elke keer een handje toe en laat het slinken. Je kan er zoveel in doen als je wil, ik ging zelf voor zo’n 3 of 4 handjes spinazie. Als je het knoflookteentje in z’n geheel erin hebt gedaan, kan je die nog even er doorheen prakken met een vork. Als de uien klaar zijn kan je deze ook door de puree scheppen. (In het kookboek staat: de gebakken uien op de dhal scheppen en nog 5 minuten laten staan met een deksel op de pan, daarna door de dhal roeren. Maar daar is het leven te kort voor, vind ik.)

5. Snij een paar plakjes komkommer en strooi daar wat olijfolie, peper en zout over. Serveer de dhal in een diep bord met de rijst, de plakjes komkommer en eventueel yoghurt als je net zo’n gekke eter als ik bent.